Rijken komen en rijken gaan
Rijken komen en rijken gaan
Vroeger hadden we vorsten, koningen en keizers. Tegenwoordig leven we in een tijdperk van democratieën, autocratieën en plutocratieën. Na de Tweede Wereldoorlog zijn we gaan denken dat alles daarvoor tot de verre geschiedenis behoort en dat we nu totaal anders zouden zijn. Aan de ene kant ben ik blij dat het gros van de mensen dit verhaal wil geloven, maar aan de andere kant moeten we eerlijk zijn: iedereen hoort graag een verhaal waarin ze zichzelf kunnen vinden, waar ze in willen geloven of op z’n minst een beetje houvast aan hebben. En geloof me, dat hebben we hard nodig. Zonder een samenhangend verhaal wordt regeren wel héél lastig.
Het bedrijf moet blijven draaien, de voetbalclub moet weer een jaar verder, en een land moet bestuurd worden. Maar dat wordt ingewikkeld als iedereen een andere kant op wil. Wij mensen zijn van nature behoudend. We willen maar wat graag vasthouden aan ons huidige leven, maar aangezien de wereld om ons heen doorgaat, moeten we ons verhaal soms aanpassen. Wie niet verandert, vergaat. En dat geldt niet alleen voor technologie of software die af en toe geüpdatet moet worden, maar ook voor onszelf.
Kijk maar naar het Romeinse Rijk. In het begin konden ze hier en daar een god aan hun pantheon toevoegen, het verhaal een beetje aanpassen, en zo uitbreiden. Maar hoe groter het rijk werd, hoe moeilijker het werd om alles samenhangend te houden. Onder keizer Constantijn de Grote werd het christelijk. En laten we eerlijk zijn: dat was ook zeker niet het oorspronkelijke verhaal van Rome. Het christendom werd herschreven en aangevuld met elementen uit andere religies, maar het was goed genoeg om het rijk weer een tijdje vooruit te helpen.
En zelfs het christendom zelf is door de eeuwen heen allesbehalve één vaste waarheid geweest. Wat we vandaag christendom noemen, heeft zich ontwikkeld in talloze richtingen. Er zijn verschillende aftakkingen ontstaan: de Rooms-Katholieke Kerk, de Oosters-Orthodoxe Kerk, de vele protestantse bewegingen en nog veel meer. Die ontwikkelingen komen voort uit hoe de Bijbel werd geïnterpreteerd, vertaald en zelfs herschreven. In essentie gaat het niet alleen om geloof, maar ook om wie het verhaal vertelt, voor welk publiek, en waarom.
Nu roep ik vaak dat jonge mensen de sleutel zijn tot vernieuwing, en dat blijft waar: jeugd staat vaak gelijk aan flexibiliteit, durf en creatieve ideeën. Maar laten we niet vergeten dat de weg naar de top geen sprint is. Er is tijd nodig om ervaring, inzicht en kunde op te bouwen. Je klimt niet zomaar van hak op de tak naar de hoogste posities. Die reis is essentieel, maar juist daarom zijn de uitdagingen extra groot. Naarmate je ouder wordt, wordt veranderen vaak moeilijker – ook op persoonlijk gebied. Studies laten zien dat rond je dertigste je flexibiliteit in denken afneemt en dat je natuurlijke neiging tot innovatie minder wordt.
Toch is dat niet onoverkomelijk. Wat nodig is, is de bewustwording dat verandering een proces is. We moeten leiders creëren – jong en oud – die zich blijven openstellen voor nieuwe ideeën en het lef hebben om aanpassingen te omarmen.
Met deze voorbeelden kunnen we zien dat zelfs de heiligste verhalen niet immuun zijn voor verandering. Het gaat erom dat ze blijven passen in de tijd en bij de mensen die erin willen geloven. Hele rijken – systemen van macht – zijn gevallen omdat we niet op tijd verandering doorvoerden. Het beste wat we kunnen doen, is mensen blijven motiveren om te innoveren, met de wetenschap dat het geen kwestie van gemak is, maar van durf en doorzettingsvermogen.
Mensen die conservatief stemmen hopen altijd dat we kunnen blijven wie we altijd waren. Maar, zoals mijn vader me ooit heeft geleerd, is er maar één ding dat in het leven constant blijft: alles verandert.
Dus vraag ik u:
Was dat bedrijf, die voetbalclub, die bond, partij of dat land altijd hetzelfde? Of begrijpt u ook dat 2024 niet hetzelfde is als 2025?
Groetjes van uw socialistische vriend,
Max
Reactie toevoegen